Het huidige onderwijs richt zich voor 98% op productdenken.
De docenten zijn vakinhoudelijk opgeleid, de lessen bereiden leerlingen inhoudelijk voor op een toets. Het einddoel staat centraal.
Jarenlang gaat het over wélke woordjes je moet leren in plaats van hoé je het beste woordjes leert. Resultaat: sommige leerlingen ploeteren jarenlang op woordjes, terwijl het vaak zoveel makkelijker/leuker kan. Simpelweg omdat ze nooit aangeleerd krijgen hoé.
In de bovenbouw loop je plots tegen toetsweken aan, zonder te leren hoé je je leerproces dan anders in moet richten. Geen voorbereiding, we zien wel waar het schip strandt.
Toets gemaakt? Op naar de volgende toets! En dan maar hópen dat je niet dezelfde fouten maakt. Terwijl groei juíst zit in reflectie. Wat maakt dat je een 7 hebt gehaald? Wat zat daar allemaal al in? Waardoor is het een 7 en geen 5? En wat zou je nodig hebben om het volgende keer op te schalen naar een 8?
Hoe kom je waar je wilt zijn? Wat werkt inhoudelijk per vak? Welke strategieën zijn er? Welke denkwijze is nodig?
Maar óók: wat helpt vakoverstijgend? Hoe zorg je voor focus in een wereld vol afleiding? Hoe zorg je voor overzicht in plaats van verzanden in details? Hoe haal je de kern uit lange teksten? Hoe leer je makkelijker? En welke leerhouding helpt je?
Naast de inhoud zijn er namelijk zovéél meer aspecten/vaardigheden die leerlingen nodig hebben om succesvol te zijn!
Hoe leert jouw kind?