Mijn probleem met ‘praktische opdrachten’
Steeds meer scholen werken met praktische opdrachten, waarbij kinderen worden uitgedaagd om de wereld om hen heen te onderzoeken.
Het uitgangspunt hierbij is “de natuurlijke nieuwsgierigheid” van kinderen.
Dit wordt ‘onderzoekend leren’ genoemd.
En ik benoem gelijk, ik ben hier geen voorstander van. Waarom niet? Dat deel ik hieronder en ook ga ik je vertellen welke leermethode naar mijn idee vele malen beter werkt.
Wanneer kinderen op basis van hun eigen nieuwsgierigheid gaan leren, is het startpunt altijd iets wat ze al weten of kunnen. Op zich is daar niks mis mee…
…maar hierdoor blijven ze in de praktijk als het ware in hun eigen kenniskring zweven.
Ze komen niet verder.
Kinderen leren veel meer leren van de inbreng, de uitleg en de verbanden van anderen, het liefst van een professional.
Iets waar je zelf niet op kwam. Nieuwe inzichten of verbanden vergroten jouw kenniskring.
Het eerste wat Boaz zei: “Wat fijn dat ze uitlegt waarom het zo is. Of waarom iets belangrijk is!”
Dit is vele malen effectiever.
Daarbij is het zo dat je, wanneer je een nieuw onderwerp onderzoekt en ermee experimenteert, heel veel van jouw werkgeheugen vraagt (dit is het deel van je geheugen waarin je actief informatie verwerkt).
En als het werkgeheugen zwaar wordt belast met veel nieuwe kennis en ervaringen, wordt informatie moeilijk en onvolledig opgenomen in het langetermijngeheugen.
Met andere woorden: maar een (klein) deel van de informatie wordt daadwerkelijk opgeslagen. Het leerrendement is dus laag.
Directe instructielessen zijn, voor leerlingen die nog weinig weten over een onderwerp, veel effectiever.
Bovendien zorgt onderzoekend leren voor meer verschillen in de klas.
Zwakkere leerlingen vinden het veel moeilijker om zelf verbanden te leggen en conclusies te trekken dan sterkere leerlingen.
En dan heb ik het nog niet eens over de hogere mate van persoonlijke begeleiding die nodig is bij onderzoekend leren om het überhaupt effectief te maken.
En die hoge mate van persoonlijke begeleiding is vaak lastig in onze volle klassen.
Hoe denk jij over de trend ‘onderzoekend leren’ en de vele praktische opdrachten die scholieren opgegeven krijgen?