Waarom ik wél voor toetsen ben.
Slik, ik weet nu dat ik tegen menig been ga schoppen, maar tegelijkertijd vind ik het belangrijk om niet simpelweg mee te gaan met de menigte, zelf kritisch te blijven kijken naar wat werkt en wat niet en logisch na te blijven denken. Net zoals ik dat deed toen de rekentoets werd ingevoerd of toen het onderwijs massaal overging op laptoponderwijs.
De manier waarop we nu toetsen vaak ineffectief, waardoor het z’n doel regelmatig voorbij schiet.
Het is niet “het toetsen” dat niet werkt, maar de manier waarop we het inzetten. We missen duidelijk belangrijke elementen op school:
Zo vind ik transparantie in toetsen heel belangrijk. Wat wordt er van leerlingen verwacht op een toets? Nu ligt er een soort taboe op die toetsen alsof het heel geheim moet blijven wat er gevraagd wordt. Vertel de kinderen, en laat zien, hoe er getoetst wordt, wat ze moeten kennen en kunnen, zodat ze zich doelgericht voorbereiden.
Toetsen worden nu vaak niet nabesproken, teruggegeven of geanalyseerd. Simpelweg toetsen maken en dan drie weken later een nieuwe toets geven zonder feedback/analyse… naar mijn mening zeer ineffectief.
Daarbij komt dan de toetsstof vaak veel te laat wordt opgegeven, er niet of nauwelijks wordt geleerd HOE je toetsen effectief voorbereidt én dat de antwoorden van (oefen)toetsen ontbreken regelmatig. Er zijn nog zoveel aspecten onbenut en daardoor verliest het toetsen zijn potentie…
En ook als je andere vormen in gaat zetten, zoals verslagen en presentaties in plaats van toetsen, ook dan zul je bovenstaande elementen, die nu bij toetsen missen, moeten inzetten om het effectief te laten zijn.
En tot slot cijfers. Ik vind niet dat je alles hoeft te becijferen, maar ik ben zeker geen tegenstander. Leerlingen zien cijfers vaak als beloning van hun inzet.
Zo moet ik de eerste voetbalwedstrijd nog gespeeld zien worden als de score niet meer belangrijk is. Ook wanneer ik naar mezelf kijk… Ik ben ik écht minder gemotiveerd voor een potje tennis zonder puntentelling (zelfs als ik regelmatig verlies).
Cijfers zijn gewoon enorm duidelijk, maar moeten beter ingezet worden dan nu wordt gedaan. Niemand heeft iets aan een 3.6, met rode pen, op een toetsblaadje op z’n tafel. Reflecteer met de leerling op het cijfer en analyseer. Wat zit er wél al in die 3,6? En hoe kun je volgende keer naar een 4,6 of misschien een 5,6? Welke stappen moeten dat nog worden gemaakt?